Durf je met oma eendjes te voeren, als je watervrees hebt?

Ik ben bang van water.
Al mijn hele leven.

Tjeerd is in zijn leven één dag naar strand geweest. Het geluid van de golven maakt hem bang. In het zwembad komt hij nooit. Zelfs niet als het 41 graden is. Zijn oma gooit haar oude brood altijd weg want eendjes voeren wil hij niet. Tjeerd heeft watervrees.

'Wat is het fijnst, als je angst voor water over is?'
'Dat ik naar het zwembad kan met mijn vrienden.'
'Wil je dan in zo'n grote gele band?'
'Ja. En van de glijbaan.' Tjeerd zucht. 'Maar dan krijg je water in je neus.'
'En dat is niet leuk......'
'Nee, want dan kun je niet meer ademen. En krijg je geen lucht.'

We liggen op de grond, met de tekenspullen om ons heen.

'We gaan in een stripverhalal fantaseren dat het je ooit gebeurd is.'
'Wat?'
'Dat je water in je neus kreeg.'

'Er was eens........'
'De wind. Hij giert in mijn oren'
Tjeerd tekent de wind die alle kanten opvliegt.
'Als je goed luistert, wat vertelt hij je dan?'
'Kijk uit voor de golven. Het stormt'
Tjeerd is geconcentreerd. Hij tekent regen.
'Ik ben doorweekt. Ik heb het koud.'
Hij tekent het verhaal. Tekening voor tekening.

Lang geleden, in een ander leven, vaart hij in een storm op een vrachtschip op de oceaan. Midden in de nacht is de storm op zijn hardtst. Om de planken van het schip bij elkaar te houden, moet hij een touw onder de kiel doorhalen. Anders verliezen ze de marmeren beelden die in het laadruim liggen. De regen striemt in zijn gezicht als er een golf over hem heenspoelt. Hij wil zich vastgrijpen maar slaat overboord. Hij wil gillen. Het wordt zwart voor zijn ogen.......

Zo is hij bang van water geworden en gebleven. Maar nu hij het allemaal zo duidelijk getekend heeft, snapt hij dat het heel logisch is dat zijn angst voor water bij dat oude leven hoort. En dat hij hem daar achter kan laten. Dat doet hij op de laatste tekening.